Als ouder heb je de taak een kind op te voeden. Je handelt in het belang van je kind. Wat dat belang is, daar ga jij in eerste instantie over. Jij bent de opvoeder, het is jouw kind. Maar vanaf de allereerste dag dat je je kind in je armen hebt, luister je er ook naar. Omdat ook dat in het belang van je kind is.
Als een kind aangeeft dat er ergens een probleem is, ga je als ouder kijken, luisteren, praten en analyseren. Je bedenkt, zo mogelijk samen met je kind, een oplossing, voert deze uit en bij gebleken succes wordt de gekozen oplossing vaker toegepast.
Als voorzitter van de ZonMw-commissie Academische Werkplaatsen Jeugd, realiseer ik me heel goed dat we ook al ons onderzoek doen ‘in het belang van het kind’. Of het nu gaat over methodiekontwikkeling binnen de jeugdhulp of onderzoek naar de samenwerking tussen gemeenten, scholen en jeugdhulp; doel is altijd dat kinderen en de gezinnen waarin zij opgroeien er beter van worden.
Het proces van probleeminventarisatie tot het uitvoeren van succesvolle oplossingen dat ouders voortdurend doorlopen, is herkenbaar voor onderzoekers. Maar er is wel een groot verschil. Een kind is altijd betrokken bij het opvoedproces. Maar nauwelijks in ons onderzoek. We onderzoeken van alles in het belang van de jeugd, maar de jeugd zelf komt daarbij onvoldoende aan het woord.
Jeugdigen en ouders kunnen heel goed aangeven wat knelpunten zijn in bijvoorbeeld de jeugdhulp
In de afgelopen jaren hebben we binnen de academische werkplaatsen de eerste stappen binnen het jeugdveld gezet. Binnen het ZonMw-programma Academische Werkplaatsen Transformatie Jeugd – het vervolg op de Academische Werkplaatsen Jeugd – proberen we het écht anders te doen. Naast uitvoerders van de jeugdzorg en gemeenten, krijgen ook jeugdigen en ouders een stem; zowel binnen de werkplaats zelf als binnen onderzoek. Participatie is één van onze speerpunten. En het werkt. Participatie, luisteren naar en praten met jongeren en ouders, levert nieuwe inzichten op, aanvullend op de perspectieven van onderzoekers, beleidmakers en professionals.
Zoals zelfs heel kleine kinderen hun ouders duidelijk kunnen maken wat hun scheelt, zo kunnen jeugdigen en hun ouders heel goed aangeven wat knelpunten in bijvoorbeeld de jeugdhulp zijn, wat mogelijke oplossingsrichtingen zijn en hoe onderzoek kan bijdragen aan die oplossingen. Jongeren en ouders hebben hun eigen perspectief, hun eigen manier van kijken. Participatie draagt bij aan de legitimering van onderzoek en is een middel om onderzoeksresultaten beter te laten aansluiten bij de praktijk. Het versterkt de implementatie. En juist het benutten van kennis is waar de gezinnen en de kinderen het meest bij gebaat zijn.
Participatie van jongeren en ouders in onderzoek betekent niet dat zij het voor het zeggen krijgen. Net zo goed als een kind het thuis niet voor het zeggen heeft. Ieder heeft een eigen rol, een eigen verantwoordelijkheid. Vanuit die verschillende verantwoordelijkheden kom je samen verder.
Het is mijn vaste overtuiging dat onderzoek naar gezinnen en naar de jeugdhulp enorm aan impact wint als jongeren en ouders in dat onderzoek een stem krijgen. Dus wat mij betreft gaan onderzoekers zich wat meer als ouders gedragen: kijken, luisteren en praten. In het belang van het kind.
Het ZonMw-programma Academische Werkplaatsen Jeugd liep van 2009 tot 2016. Het heeft in deze periode zes regionale academische werkplaatsen jeugd gefinancierd. Daarin zetten organisaties uit beleid, onderzoek, onderwijs en praktijk zich in om praktijkgerichte kennis voor de jeugdsector te ontwikkelen, te toetsen en in te voeren. De resultaten vindt u in het digitale magazine ‘Met elkaar verbonden’. De werkplaatsen zetten hun werk voort in het programma Academische Werkplaatsen Transformatie Jeugd (2015-2020). Structurele inbreng van ouders en jongeren is een belangrijke toegevoegde pijler.
Han de Ruiter is commissievoorzitter van het ZonMw-programma Academische Werkplaatsen Jeugd (2009-2016) en het huidige vervolg daarop: Academische Werkplaatsen Transformatie Jeugd. Han de Ruiter is directeur van het Centre of Expertise Healthy Ageing, onderdeel van de Hanzehogeschool Groningen.